Op dinsdag 24 oktober gingen we met de trein naar Gent. Daar mochten we een bezoek brengen aan Chris (de papa van Julien), die schoenmaker is. We leerden heel wat bij!
Wat hebben we geleerd?
- Tybo: het werk van de schoenmaker is in het begin moeilijk
- Jutta: de schoenen moeten soms geschuurd worden en dat is met een rare schuurmachine
- Dante: als er boven aan de schoen genaaid wordt, heeft hij een speciale naaimachine en hij moet zijn voeten bewegen
- Sarah: als de schoenen hersteld zijn, doet hij ze in een zakje
- Hanne: de schoenmaker moet de schoenen eerst schuren voordat hij lijmt
- Jules: als de schoenen klaar zijn, poetst hij ze mooi op
- Jeff: de schoenmaker heeft twee naaimachines: één moet hij doen werken door met zijn hand aan een hendel te draaien en de andere beweegt hij met zijn voeten
- Renee: de schoenmaker moet soms ook wel eens zoeken naar de juiste zolen
- Bastien: de schoenmaker had ook reuzenschoenen
- Britt: ze hebben verschillende kleuren om de schoenen op te poetsen
- Julien: je moet heel voorzichtig zijn als je een schoen schuurt want je zou je vingers kunnen schuren; ook als je de zoolrandjes afsnijdt met zo’n scherp mes
- Jens: er was een vriend van de schoenmaker gekomen en zijn schoen was helemaal kapot en de schoenmaker kon die helemaal herstellen
- Margit: de schoenmaker moet soms even wachten tot dat de lijm goed droog is vooraleer hij verder werkt
- Daan: de schoenmaker heeft een compressor om de schoenen vast te nieten
- Fran: de schoenmaker heeft kleurtjes en tybo had er een gevonden en meegenomen
- Jokke: er waren daar schoenen met maat 63! En hij had ook een paar kabouterschoentjes!
- Ian: de schoenmaker had voor iedereen een drankje en een mandarijn en hij had een geldbuideltje gemaakt!
- Alice: de schoenmaker heeft speciale machines
- Arthur: hij heeft ook een speciaal machientje en hij stopt dan een ijzeren zool in de schoen en er komt dan heel veel druk op en zo hangt de zool goed vast!
- Navajo: er stond daar een speciale naaimachine